Doorzoek het forum
Zoeken met Startpagina
Startpagina Thema's
Fred
Hieronder een theorie die ik ergens tegen kwam.
Wat vinden jullie ervan?
Groet Fred
————————————–
Het spelen van gewelddadige computerspelletjes vermindert op de lange termijn agressief gedrag van jongeren.
door: C.A. Uljee
Als verklaring voor het geweld door jongeren wordt vaak gewezen naar invloeden van populaire gewelddadige media. Als argument dat computerspelletjes geweld veroorzaken wordt vaak gewezen op gewelddadige schiet incidenten op scholen. De daders zouden fanatieke gamers zijn. Aangezien 90% van de Amerikaanse jongens gamers zijn (Jenkins, 2005) zou je je af kunnen vragen waarom die andere 90% van de jongens hun leraren en klasgenoten niet overhoop schieten. Misschien worden jongeren juist minder gewelddadig van het spelen van gewelddadige computer games.
Mijn stelling is daarom dat gewelddadige computerspelletjes juist geweld onder jongeren doet verminderen. Ik zal dit proberen te verklaren aan de hand van de catharsis theorie. En ik zal enkele onderzoeksresultaten presenteren die deze theorie onderbouwen.
Catharsis theorie: spelen gewelddadige computerspelletjes verlaagt de latente agressie.
De catharsis theorie stelt dat personen hun latente agressieve gevoelens kunnen ontladen door te kijken naar fictief geweld of door mee te doen aan sociaal geaccepteerde vormen van agressief gedrag (Griffiths, 1999). Van het kijken naar gewelddadige media is min of meer vastgesteld dat het geen catharsis werking heeft (Butt, 2004). Het kijken naar gewelddadige films is echter een zeer passieve aangelegenheid. Het spelen van een computer spel is daar en tegen een interactieve bezigheid die een hoge concentratie, gedrevenheid en fysieke activiteit vereist (Sherry, 2001; Butt, 2004). Het is dus zeer goed mogelijk dat gewelddadige computerspelletjes wel latente agressie kunnen ontladen. Uit een onderzoek van Kestenbaum & Weistein (1985) blijkt ook dat er jongeren zijn die toegeven gewelddadige computer spelletjes te spelen om hun agressie te luchten en spanningen op te lossen.
Verband tussen gewelddadige computerspelletjes en agressie
Uit een meta-analyse van Sherry (2001) blijkt dat er een kleine correlatie is tussen computerspelletjes en agressie, deze correlatie is echter veel kleiner dan die tussen televisie en agressie. Dit zegt echter nog niets over een mogelijk causaal verband. Er kan sprake zijn van een derde variabele die zowel agressie als het spelen van gewelddadige computer spelletjes beïnvloed. Zelfs kan er sprake zijn van een omgekeerde causaliteit. Juist gewelddadige kinderen houden dan bijvoorbeeld van gewelddadige computerspelletjes omdat ze zo op een sociaal aanvaardbare manier hun agressie kwijt kunnen (Griffiths, 1999). Agressieve kinderen hebben als het ware meer behoefte aan catharsis dan normale kinderen en spelen daarom dus vaker gewelddadige computerspelletjes. De gevonden correlatie kan dus ook geïnterpreteerd worden als bewijs voor de catharsis theorie.
Gewelddadig speel gedrag is geen indicatie van agressie maar van catharsis
Experimentele studies laten jongeren vaak een gewelddadig computer spel spelen om hierna de agressiviteit te meten. Men doet dit echter vaak door een andere vorm van agressief speel gedrag te meten, wat een foute operationalisatie is. Men meet niet echte agressie, maar gespeelde agressie. Het is zeer de vraag of men deze gespeelde agressie kan externaliseren naar echt agressief gedrag. In feite zijn deze studies juist een bewijs voor de catharsis theorie omdat de arousel die door het spelen van gewelddadige computerspelletjes opgebouwd wordt doormiddel van een fantasie- of rollenspel weer op een geaccepteerde veilige manier ontladen kan worden (Griffiths, 1999). Met andere woorden het gemeten agressieve gedrag is binnen de context van het spel of de fantasie wereld en moet dus gezien worden als een geaccepteerde vorm van agressie ontlading (catharsis) en niet als een vorm van agressief gedrag dat is te vergelijken met agressief gedrag in de normale sociale omgang.
Lange termijn effecten van gewelddadige computerspelletjes
Wiliams en Skoric (2005) hebben onderzoek gedaan naar de lange termijn effecten van het langdurig spelen van een online gewelddadige fantasy roleplaying spel voor meerdere spelers. Dit is het enige longitudinale experimentele design met controle groep die we konden vinden. Zij kwamen tot de conclusie dat spelers die het spel gedurende een maand intensief hebben gespeeld, niet verschilden in hun attitudes over agressie en ook niet meer agressief gedrag vertoonden dan de controlegroep. Het langdurig spelen van gewelddadige spelletjes hoeft dus op de lange termijn geen negatieve gevolgen te hebben. Dit kan de catharsis theorie ondersteunen.
Hoeveelheid speeltijd is negatief gerelateerd aan agressie
Uit een meta-analyse van Sherry (2001) blijkt dat de hoeveelheid speeltijd van een gewelddadige computerspelletje een negatieve relatie heeft met agressie. Dus hoe langer men speelt des te minder agressie men meet. Dit is een sterke bevinding ten gunste van de catharsis theorie.
Onderzoek
Hoewel er nog veel vooral longitudinaal onderzoek gedaan zal moeten worden naar de lange termijn effecten zijn er vooralsnog geen harde bewijzen of redelijke argumenten te vinden die er op duiden dat het spelen van gewelddadige computerspelletjes nadelige gevolgen heeft.
Veel onderzoek naar de effecten van gewelddadige computerspelletjes en agressie is matig tot slecht van opzet. Vaak is er maar één meetmoment of is er geen controle groep. Hierdoor kan vaak geen causaliteit worden aangetoond. Agressief gedrag wordt vaak verkeerd geoperationaliseerd waardoor geen generalisatie buiten het experimentele (speel/fantasie) gedrag kan worden aangetoond en er worden slechts korte termijn effecten gemeten terwijl juist de lange termijn effecten van belang zijn (Jenkins, 2005). Longitudinaal experimenteel onderzoek naar causale lange termijn effecten is er nauwelijks.
Wel is er onderzoek dat duidelijk maakt dat er op de lange termijn geen nadelige gevolgen zijn en dat er ook positieve effecten kunnen zijn.
Hoewel de stelling niet onomstotelijk is bewezen acht ik hem aannemelijker dan de stelling dat gewelddadige computerspelletjes jongeren gewelddadig maken.
